Siamees

De siamees is een van de eerste rassen van de Oosterse kat die als aparte soort erkend is. De exacte oorsprong van het ras is onbekend, maar men vermoed dat het ras uit Zuidoost-Azië komt en afstamt van de heilige tempelkatten van Siam. Het ras werd in 1884 in Europa geïmporteerd.
De siamees is door de jaren heen steeds eleganter van model geworden. Moderne show-siamezen zijn gefokt op lengte, met een dun lichaam. Ze hebben een elongicephaal hoofd met een lange voorsnuit en grote, wijdgeplaatste oren. De katten hebben amandelvormige ogen en zoals alle Oosterse katten zijn ze ontzettend spraakzaam en vereisen ze veel aandacht. Ze worden niet voor niets de hond onder de katten genoemd. In vergelijking met andere katten zijn Siamezen erg sociaal en intelligent. De Siamees reageert sterker dan de meeste andere kattensoorten op externe prikkels. Omdat ze snel conditioneren kunnen ze allerlei kunstjes leren. Zo kan er al met een paar beloningen een kunstje worden aangeleerd als apporteren. En als ze eenmaal in de gaten hebben hoe deuren opengaan, zullen ze ook daadwerkelijk elke keer de deur openmaken door aan de klink te gaan hangen. Dit lijkt op het eerste gezicht leuk, maar als de kat het door heeft zal hij het blijven doen. Hij zal het dus ook proberen bij alle andere deuren zoals de keukenkastjes. Het resultaat is dat alle kasten op slot moeten, vooral die kasten waar het kattenvoer bewaard wordt. Siamezen zijn daarnaast erg nieuwsgierig en vinden nieuwe mensen erg interessant. Ze gaan ook zonder probleem bij vreemden op schoot, ook bij diegenen die het minst van katten moeten hebben.

Rasbeschrijving

De Siamees heeft een wigvormige kop welke in het ideale geval samen met de grote, schuingeplaatste oren een perfecte gelijkzijdige driehoek vormt. De kin mag niet al te geprononceerd zijn, maar mag ook zeker niet terugwijken. De kat heeft een lange neus, bij voorkeur met een Romeins profiel, maar in elk geval zonder inkeping en vloeiend doorlopend in het schedeldak. De ogen zijn amandelvormig en zuiver donkerblauw van kleur. De ogen staan iets schuin geplaatst in de kop. De oren zijn groot en staan schuingeplaatst.
Het lichaam van de Siamees is elegent en lenig gebouwd. Het is een sierlijk lichaam wat lang, slank en gespierdis. Het mag nergens grofheid vertonen. De achterhand behoort hoger te zijn dan de voorhand. De poten zijn slank en lang met ovale voetjes. De staart is lang en dun en loopt spits toe naar het einde als een zweep. De vacht is zijdezacht en kort en fijn van structuur. Het ras heeft betrekkelijk weinig ondervacht. Kittens zijn geheel wit bij de geboorte. Later pas krijgen ze hun gekleurde points. De oorspronkelijke kleuren zijn: sealpoint, bluepoint, chocolatepoint en lilacpoint. De katten zijn er in tortie en tortietabby. Vachtkleuren zijn Cinnamon-, fawn-, smoke-, silvertabby- en bi/tricolourpoint.

Selkirk rex

De Selkirk Rex is een kattenras afkomstig uit Montana, USA. Dit ras komt zowel voor met een kortharige als met een langharige gekrulde vacht. Het ras is het toonbeeld van een pluche knuffelbeertje met zijn heerlijke zachte, krullende vacht.

Geschiedenis

De stammoeder van de Selkirk Rex is Miss DePesto. Zij werd geboren in 1987 in Montana, USA, en was het enige kitten in het nest met een gekrulde vacht. De overige kittens in het nest hadden allemaal een normale gladharige vacht, net als de moeder. Zij kwam terecht bij Jeri Newman, een fokster van Perzen. Zij vond de vacht zo bijzonder dat zij met de poes ging fokken. Miss DePesto werd gepaard aan een zwarte, langharige Perzische kater. Het nest bevatte zowel gladharige als gekrulde kittens, hieruit bleek dat deze vachtmutatie dominant vererft. Jeri Newman besloot verder te fokken met deze nieuwe Rex mutatie. Naast Perzen zijn uitkruispartners American Shorthair katten, Exotics en Brits Korthaar katten gebruikt. De Selkirk Rex is in 1994 als ras erkend door de TICA en in 2000 door de CFA erkend.

Uiterlijk

De Selkirk Rex is een stevige kat, met een kortharige of een langharige gekrulde vacht. De vacht is zacht en wollig met een losse krul. Heterozygote exemplaren hebben een vollere vacht en zijn het meest geschikt om te showen, de homozygote katten hebben kleinere krulletjes en wat minder volume in de vacht. In tegenstelling tot een aantal andere Rexrassen verliest de Selkirk Rex veel haar tijdens de rui. De kop is rond met grote ronde ogen. Alle oogkleuren zijn toegestaan, maar een heldere en sprekende kleur heeft de voorkeur. De oren zijn van gemiddelde grootte. Het ras is in alle kleuren erkend. Naast de natuurlijke kleuren zoals rood, zwart, wit en blauw zijn er ook dieren meteen een Siamees patroon. Op tentoonstellingen is de kwaliteit van de vacht belangrijker dan de kleur.

Karakter

Het karakter van de Selkirk Rex is vrij rustig, het is een vriendelijke en aanhankelijke kat. De kat houdt van knuffelen en spelen en is makkelijk in de omgang met andere dieren en kinderen. De Selkirk Rex is een echte actieve kat die graag speelt en klimt. Een flinke klimpaal en voldoende speeltjes is dan ook aan te bevelen. 

Verzorging

Ondanks de licht krullende langharige vacht heeft het ras weinig verzorging nodig. In het voorjaar en de vroege zomer zal de kat gaan verharen , in deze periode moet de kat regelmatig gekamd en geborsteld worden. Daarbuiten is het voldoende om eens in de zoveel een grove kam door de vacht te halen. Als het echt nodig is om de kat een wasbeurt te geven, kam de vacht dan niet te ruw na het wassen. Hierdoor trek je de krullen uit de vacht,

Schotse vouwoorkat

De Schotse Vouwoorkat is een kortharige kat, de Engelstalige naam voor deze kat is Scottish Fold. De langharige rasvariëteit gaat door het leven onder de naam Highland Fold. Dieren die geen gevouwen oren hebben worden foktechnisch aangeduid met de term ‘Straight’.

Geschiedenis

Het ras komt van oorsprong uit Schotland en werd voor het eerst in 1961 door een Schotse fokker gecreëerd op diens boerderij. Eén van de boerenkatten daar, Susie, had gevouwen oren. Door middel van kruisingen met de Britse Korthaar en andere huiskatten werd al snel een raspopulatie opgebouwd. Alle wereldwijd voorkomende geregistreerde Schotse vouwoorkatten stammen van deze Susie af. De oorzaak van het gevouwen zijn van de oren is een bij-effect van een autosomaal dominant gen wat in heterozygote vorm variabel progressief voortschrijdende deformaties aan het kraakbeen in de extremiteiten van het dier veroorzaken (oren, poten en staart) en in homozygote vorm leidt tot een zwaar kreupel dier met een beperkte levensverwachting.

Fokkerij

Fokkers kruisen geen dieren met elkaar die beiden gevouwen oren hebben omdat dan statistisch gezien een kwart van de nakomelingen zeer gehandicapt zal zijn (de homozygoten). De Brits korthaar is in Europa de meest gebruikte partner voor een Schotse Vouwoorkat, in de Verenigde Staten wordt zowel de Brits Korthaar als de Amerikaans korthaar gebruikt om te kruisen. Uit een dergelijke combinatie komen vijftig procent nakomelingen met de kraakbeendeformatie die tevens meestal de gewenste vouworen hebben en vijftig procent dieren zonder deze afwijking. Per dier dat het Fd-gen heeft wisselt de mate van progressiviteit in de ontwikkeling van de afwijking. De kittens met het Fd-gen krijgen ca. 21 dagen na de geboorte de gewenste gevouwen oren. De mate van deformatie van de oren is wisselend. De vormdeformatie van het oor kan leiden tot een enkele vouw, een dubbele vouw of het oor kan zelfs in zo grote mate aangetast zijn dat er nauwelijks sprake is van een zichtbare oorschelp en er enkel nog wat rudimentair bot en kraakbeenweefsel zichtbaar is. In de loop der tijd verschijnen ook afwijkingen aan de andere extremiteiten (poten, staart en elders in het lichaam) bij de kat. Hoe snel en hoe progressief dit proces zich voltrekt wisselt per dier. Aan het eind van het leven is een dier op meerdere plaatsen in het lichaam aangedaan. Sommige fokkers gebruiken ook geen dieren met staande oren (Straights) uit een ouder met gevouwen oren omdat deze mogelijk wel de kraakbeendeformatie kan hebben maar deze niet of niet duidelijk toont in de oren.

Erkenning

Het ras wordt door overkoepelende raskattenorganisaties in de Verenigde Staten (CFA, TICA, ACFA) en Canada (CCA) wel erkend maar door de Europese overkoepelende raskattenorganisatie FIFe wordt het ras niet erkend. In Duitsland is de fok van de Schotse vouwoorkat zelfs geheel verboden. De reden daarvoor is dat het kenmerk van de gevouwen oren geen onschadelijk gegeven is zoals bij de hond, maar onderdeel van een erfelijke afwijking die in de loop der tijd tot gezondheidsproblemen leidt waardoor de kat gezondheidsproblemen door de kraakbeenwoekeringen kan krijgen. Dit veroorzaakt problemen met het voortbewegen en chronische pijn pijn in de poten. Het ras komt zowel in kortharige als langharige vorm voor aangezien de gekozen outcrosspartners soms de recessieve eigenschap voor langhaar dragen.

Omschrijving

De Schotse vouwoorkat heeft een lijf met sterke rug, robuuste poten en een middellange staart. Hij heeft kleine oren op een ronde kop. De vacht is kort, dicht ingeplant en komt voor in alle kleuren en patronen. Het karakter is kalm, huiselijk, rustig en introvert.

Savannah

De Savannah is een vrij grote hybride kattensoort. Het ras is het resultaat van een kruising tussen een serval (een wilde kat die in Afrika leeft) en een gedomesticeerde kat. In 1986 werd in de Verenigde Staten de eerste Savannah geboren. Deze was het resultaat van een kruising tussen een serval en een Siamees. Sinds 2001 wordt de Savannah door de TICA erkend als apart kattenras.

Uiterlijk

De Savannah is een vrij grote kat in verhouding tot andere rassen. De schouders kunnen wel 45 cm hoog worden. De Savannah heeft een smal hoofd met grote oren. De vacht is doorgaans goudkleurig met zwarte vlekken. De zwarte vlekken hebben een patroon dat vergelijkbaar is met dat van de Cyperse kat. Een kater wordt meestal ongeveer 10 kg zwaar, terwijl de vrouwtjes ongeveer 8 kilo worden.

Karakter

De Savannah heeft een speels karakter en gaat goed samen met andere huisdieren. In tegenstelling tot de meeste andere katten is de Savannah niet bang voor water. De Savannah staat nog erg dicht bij de natuur staat en daarom is het in een aantal staten in de Verenigde Staten verboden om Savannah’s te houden. Ook is het verboden om de kat in Australië te importeren.

Ragdoll

Ragdolls zijn forse katten. Hun vacht is halflang en zijdezacht. Pas rond het derde jaar is de kat volgroeid en uitgekleurd. Ragdolls zijn vrij rustige, aanhankelijke katten. Ze zijn heel sociaal en erg op mensen gericht. Ragdolls zijn ontzettend nieuwsgierig en vriendelijk.

Geschiedenis

De Ragdoll is ontstaan in de jaren zestig in de Verenigde Staten. Ann Baker is toen begonnen met het fokken met een witte Angora-achtige poes. Deze kat, Josephine genaamd, was van de buurvrouw van Ann Baker. Josephine had al meerdere nesten kittens gehad die allemaal wild waren. Josephine werd aangereden door een auto maar overleefde het ongeluk. Eenmaal thuis kreeg zij na korte tijd weer een nest kittens. In tegenstelling tot de kittens van voor het ongeluk waren deze kittens zeer lief, erg speels en totaal ontspannen. Ook waren ze dol op menselijke aandacht. Ann Baker vond dit gedrag, als ervaren kattenfokster, erg interessant en besloot enkele kittens mee te nemen. De eerste kat die ze meenam noemde ze Buckwheat. Naast Buckwheat leende Ann een oudere broer van hem om in te zetten in het fokprogramma van haar nieuwe lijn. Dit was de zwart bruine Pers met de naam Blackie. Naast Blackie zag Ann nog een andere kat: een indrukwekkende kater met de uiterlijke kenmerken van een Heilige Birmaan, al was hij dat niet. Ook deze kater mocht zij lenen voor haar fokprogramma. Ann noemde deze kater Raggedy Ann Daddy Warbucks. Beide waren zoons van Joshepine maar volgens Ann van verschillende vaders.
De vader van Daddy Warbucks was onbekend zodat het moeilijk is om de oorsprong van deze kat verder te achterhalen. De afkomst van Buckwheat, een effen zwarte poes, was wel bekend. Zij was een dochter van Blackie en Josephine. Zij had het uiterlijk van een Burmees maar met een dikke vacht. Naast Buckwheat kreeg Ann nog een poes, Raggedy Ann Fugianna. Dit was in feite een mislukte Bi-colour, haar vader was Daddy Warbucks.
Met Buckwheat en Fugianna in eigendom en het recht op dekkingen van Daddy Warbucks, was de rest niet zo moeilijk voor Ann. De basis voor het nieuwe ras was gelegd. Ann besefte dat de nakomelingen van deze drie grondleggers speciaal waren en noemde het nieuwe ras Ragdolls. In 1975 liet Ann ‘Ragdoll’ registreren als trademark.

Uiterlijk

Een Ragdoll is een forse kat. Ragdoll betekent letterlijk ‘lappenpop’ in het Engels. Het ras heeft deze naam gekregen omdat de kat zich letterlijk in de armen van zijn baasje laat hangen.
Zijn vacht is halflang, zijdezacht en klit normaal gesproken niet. Point Ragdoll kittens worden spierwit geboren waarna de kleuren langzaam duidelijker worden. Pas rond het derde jaar is de kat uitgegroeid en uitgekleurd. Katers wegen dan ongeveer 5 tot 10 kilo, een volwassen poes weegt tussen de 3 en 6 kilo.
Ragdolls vallen onder de pointkatten, Colourpoint. Dat wil zeggen dat de points, dus de oren, poten, staart en masker zijn gekleurd terwijl de rest van het lichaam lichter gekleurd is. De ogen van de Point Ragdolls zijn blauw.
De kleuren van de Ragdoll zijn Seal, Blue, Chocolate, Lilac, Red, Creme en Tortie. Al deze kleuren komen ook in lynx (tabby) voor.
De Ragdoll komt voor in drie hoofdvariëteiten, namelijk Colourpoint, Mitted en Bi-colour.
Colourpoint: Masker, oren, poten en staart zijn gekleurd. De lichaamskleur is lichter van kleur en is crèmekleurig. De borst is meestal lichter dan de rest van het lichaam. Een Colourpoint mag absoluut geen wit in de vacht hebben.
Mitted: Mitted betekent gehandschoend. Bij een Mitted zijn de Points gekleurd. Daarnaast heeft de Mitted witte sokjes aan de voorpoten en hogere laarsjes op de achterpoten. Van de kin tot aan de staartinplant loopt een witte buikstreep. Sommige Mitteds hebben een witte bles op hun neus.
Bi-colour: Het masker is gekleurd, maar bevat een omgekeerde, witte V. De staart en oren zijn gekleurd. Kin, borst, buik en poten horen wit te zijn.

Solid ragdolls

De solid of self colored Ragdoll, ook wel non pointed Ragdoll genoemd, heeft een donkere vachtkleur die in elke kleur kan voorkomen, al dan niet in combinatie met wit. De donkere kleur wordt gecombineerd met een groene, oranje, gouden of zelfs odd eyed oogkleur. Ze worden al gekleurd geboren.

Sepia en mink ragdolls

De mink Ragdolls hebben een donkerdere gepointe lichaamskleur. Dit wordt gecombineerd met een grijze tot donkerblauwe oogkleur, maar de ideale oogkleur voor een mink is blauw/groen, beter bekend als aqua. Sepia Ragdolls zijn nog iets donkerder gepoint en hebben een dubbel mink gen. In combinatie met een pointed Ragdoll geven zij allemaal mink Ragdoll kittens. Mink en sepia kittens worden, in tegenstelling tot de normale pointed Ragdolls, al gekleurd geboren, de points en de kleur zijn dan al zichtbaar bij de geboorte.

Karakter

Ragdolls zijn vrij rustige, aanhankelijke katten. Het zijn echte schootzitters. Ze volgen je vaak trouw waarbij je moet opletten dat ze je niet voor de voeten lopen. Ze zijn heel sociaal, zijn erg op mensen gericht en ontzettend nieuwsgierig en vriendelijk. Ragdolls blijven hun leven lang speels. Ragdolls zijn geschikt voor gezinnen met kinderen en kunnen het ook erg goed vinden met andere dieren. Het zijn zeer geschikte binnenkatten maar een kattenren of afgesloten tuin stellen ze ook op prijs.

Pixie bob

Pixie bob

De Pixie-bob is oorspronkelijk gefokt door Carol Ann Brewer. De katten zijn de nakomelingen van de van nature voorkomende Bobcat hybriden welke in de staat Washington voorkomen.

Geschiedenis

In het voorjaar van 1985 kocht Carol Ann Brewer een kat in de Cascade Mountains in de buurt van Mount Baker, Washington. Deze kater had een korte bobtail. In januari 1986 haalde ze nog een kater in huis. Deze kat was zeer groot, had een korte staart, en werd gemeld te zijn verwekt door een bobcat. Kort nadat ze deze kater had verworven werd deze gepaard met een bruin gevlekte poes van de buren. In april 1986 werd een nestje geboren uit deze combinatie. Brewer hield uiteindelijk een van de kittens, met de naam ‘Pixie’ en na een jaar begon zij met een fokprogramma met Pixie als basis kat. In de volgende jaren introduceerde Brewer 23 katten uit de hele Cascade Range in haar programma. Allen katten waarvan werd gedacht dat zij geboren zijn uit natuurlijke paringen tussen bobcats en huiskatten. Ze bedacht de term ‘Legend Cat’ voor het ras. Tegelijkertijd werkte Brewer samen met andere fokkers in de VS om een brede genetische basis vast te stellen voor het ras en de basis van de huidige Pixie-bob te ontwikkelen.
Onder leiding van Brewer lukte het om hun nieuwe ras geregistreerd te krijgen bij The International Cat Association (TICA) en uiteindelijk de Amerikaanse Cat Liefhebber’s Association (RCVA). De Pixie-bob werd toegelaten tot de ‘Exhibition’ categorie door de TICA in 1993 en bevorderd tot ‘Nieuw ras en Kleur’ status in 1996 en uiteindelijk kreeg het ras de status van Championship in 1998. De Pixie-bob werd geclassificeerd door de TICA in eerste instantie als een ‘Native New Breed’, gedefinieerd als ‘Een nieuw ras dat is geïdentificeerd door middel van selectie van fenotypisch soortgelijke dieren uit een van nature voorkomende populatie in een bepaald geografisch gebied’, maar het is nu ingedeeld als een ‘New Natural / Regionaal Breed’ ook wel bekend als NNRB.

Fysieke kenmerken en grootte

Pixie-bobs zijn een ras van katten gefokt om op de Noord-Amerikaanse Bobcat te lijken. Voor een kat om te worden beschouwd als een Certified TICA Pixie-bob kat moet een van de ouders moeten terug te voeren zijn op StoneIsland Pixie, de oorspronkelijke inspiratie voor het ras.
Pixie-bobs kunnen groot zijn, maar wegen gemiddeld ongeveer 5 kg, vergelijkbaar met ruime huiskatten. De mannetjes zijn meestal groter dan vrouwtjes. Pixie-bobs groeien 4 jaar lang in plaats van 1 jaar zoals de meeste huiskatten.
De meeste Pixie-bobs hebben een zwarte vacht en huid aan de onderkant van hun poten, zwarte lippen en witte vacht rond de ogen. Sommige van hun snorharen zijn zwart (vanaf de wortel – ongeveer 25%) naar wit (tot aan de punt – ongeveer 75% van de snorhaar). Bobcat-achtige vacht markeringen, maar vaak hebben ze roodachtige tinten er in gemengd. De meeste zijn kortharig, maar sommige zijn langharige. Het voorhoofd moet zwaar zijn en de ogen moeten een driehoekige vorm hebben. Als kitten zijn de ogen zijn blauw, later verandert dit in groen of goud na een aantal maanden. Staart kan ontbreken (Stuitje), of 4-8 cm (gewenst – TICA vereist), of lange staarten (Pixie was oorspronkelijk een long-tail). De kop is peervormig.
Het is momenteel niet bekend welke genetische gelijkenis er al dan niet tussen de Pixie-bob en andere rassen zijn met onderdrukking van de staart, zoals de Manx, de Amerikaanse Bobtail, en de Japanse Bobtail.

Karakter

Pixie-bobs zijn zeer intelligent, sociaal, actief (maar niet hyper-actief) en genieten van het spelen met andere dieren. Ze zijn ook bekend voor hun piepgesprekken en groms, de meeste miauwen niet vaak,.
De meeste Pixie-bobs zijn zeer sociaal richting hun eigenaar en vreemden. Bijna alle Pixie-bobs zijn graag in dezelfde ruimte als hun eigenaar en zullen de eigenaar overal volgen in en rond het huis.

Peterbald

De Peterbald is een kattenras wat oorspronlijk uit Rusland afkomstig is.

Verschijning

De Peterbald heeft een elegant, slank en sierlijk uiterlijk en is gespierd gebouwd. Ze hebben een smal en lang hoofd met een recht profiel, amandelvormige ogen, wigvormige snuit, en grote uitelkaarstaande oren. Ze hebben een lange staart. De peterbald heeft zwemvliezen en ovale poten die hen in staat stellen om objecten te grijpen en op te tillen en deurknoppen te openen. Ze lijken enigszins op Oosters Korthaar katten. Ze kunnen geboren worden als kaal, gevlokt, velours, borstel, of met een rechte vacht. Degenen die geboren zijn met haar kunnen hun haar verliezen in de loop der jaren. De Peterbald is er in alle kleuren en patronen.

Karakter

Peterbalds zijn goedaardig, aanhankelijk, rustig, nieuwsgierig, slim en energiek. Ze hebben de neiging om hun eigenaren te volgen en altijd bij hen zijn. Peterbalds kunnen goed samenleven met andere katten en huisdieren, ook kinderen zijn geen probleem voor de Peterbald.

Geschiedenis

Het Peterbald ras werd gecreeerd tijdens de tweede helft van 1994 in St. Petersburg, Rusland. De eerste kat was het resultaat van een experimentele kruising door de Russische felinologist Olga S. Mironova van een Don Hairless (ook bekend als Don Sphynx, Donskoy of Donsky) mannetje met de naam Afinogen Mythe en een Oosters Korthaar vrouwtje, de wereldkampioene genoemd Radma von Jagerhov. Uit de eerste twee nestjes kwamen vier Peterbald kittens: Mandarin iz Murino, Muscat iz Murino, Nezhenka iz Murino en Nocturne iz Murino. Deze vier Peterbalds waren de uiteindelijke grondleggers van het ras.
In 1996 werd het ras goedgekeurd in de Russische Selectional Feline Federatie (SFF) en voorzien van een standaard en de afkorting PBD. In 1997 werd het ras erkend door The International Cat Association (TICA) met de afkorting PD, en in 2003 door de World Cat Federation (WCF) met de afkorting PBD. Andere gebruikte afkortingen van het ras zijn PTB, PD en PSX.
Tegenwoordig ontwikkelt het ras zich in de richting van de moderne Oosterse en Siamese types, dat wil zeggen een lange snuit, grote apartstaande oren, platte jukbeenderen en een elegant lichaam op lange benen. Alle normen voor dit ras moedigen een paring met Oosterse en Siamese katten en semi-langharige variaties van die (zoals Balinees en Javaan) dan ook aan. De Balinees en Javaan werden in 2005 van de lijst gehaald met geschikte rassen om te kruisen met de Peterbald.

Gezondheid

Niet alle katten verenigingen erkennen de Peterbald en er zijn enkele zorgen over de genetische gezondheid van het ras. Sommige mensen vermoeden dat de dominante genetische mutatie waardoor haarloosheid in Peterbalds en Donskoys voorkomt ectodermale dysplasie kan veroorzaken in de homozygote vorm, waardoor problemen zoals een slechte gebit en problemen met de moedermelk kunnen ontstaan.

Pers

Raskenmerken

Een pers heeft een dikke vacht, korte poten en een brede kop met de oren ver uit elkaar. De ogen zijn groot en de kat heeft een stompe snuit. Het ras is gefokt uit stompsnuitige katten waarbij de snuit door de eeuwen heen overdreven plat geworden is door selectie tijdens het fokken. Deze platte snuit leidt tot verhoogd gezondheidsrisico voor Perzische katten. Ademhalingsproblemen komen regelmatig voor bij dit ras. Tegenwoordig wordt door fokkers meer rekening gehouden met dit probleem, aangezien de gezondheid van het dier nog altijd voorop hoort te staan.
Perzische katten mogen alle kleuren en tekeningen hebben behalve een gevlekte tekening. In het verleden is geprobeerd om van de zilverkleurige pers een apart ras te maken (de Sterling kat). De aanvraag tot erkenning als apart ras is niet geaccepteerd.

Verzorging

Perzen hebben een dichte, lange vacht die veel verzorging nodig heeft. Om de vacht in topconditie te houden zijn een bad, voorzichtig drogen en dagelijkse borstelbeurten noodzakelijk. Ook moeten hun ogen regelmatig gecontroleerd worden, omdat de traanbuis verstopt kan raken of onvoldoende aangelegd is vanwege de stompe snuit.

Herkomst

Zoals de naam al doet vermoeden komt de Pers oorspronkelijk uit Perzië, het huidige Iran. Mogelijk is deze kat verwant aan de Manoel. In de 17e eeuw werden de eerste Perzen naar Europa meegenomen. Hier werd het ras uiteindelijk verder ontwikkeld, onder ander door de katten te kruisen met de Turkse angora.

Karakter

Een Pers is een rustige kat die zich het liefst een beetje terugtrekt. Buiten de verzorging hebben ze veel aandacht nodig. Perzen zijn niet geschikt als buitenkat.

Oregon rex

De Oregon Rex was een van de verschillende rassen van Rex katten die in het midden van de 20e eeuw ontstonden uit spontane genetische mutaties. Na de erkenning als apart ras kon het ras zich maar kort verheugen in de populariteit van kattenfokkers in de Verenigde Staten. Als gevolg van kruisingen met andere soorten Rex lijkt dit ras gefuseerd te zijn met de meer populaire Rex rassen zoals Devon Rex en Cornish Rex.

Geschiedenis

Volgens sommige bronnen waren de eerste nesten van typisch Oregon-Rex-achtige katten gevonden in 1944. De eerste gedocumenteerde Oregon Rex kat is terug te voeren op een nestje van katten in de Amerikaanse staat Oregon in 1955. De specifieke kitten verschilde van haar broers en zussen en zijn moeder door het hebben van een gekrulde vacht terwijl de anderen hadden allemaal een rechte vacht hadden. Tegelijkertijd werden de eerste Cornish Rex in de VS geimporteerd uit Groot-Brittannie. De beide rassen werden al snel met elkaar gekruist. Fokkers uit Oregon fokten een rasechte Oregon Rex en deze werd al snel een van de populairste Rex rassen van Amerika. In de loop der tijd werden alle Rex rassen met elkaar gekruist en de Oregon Rex overleefde niet als zelfstandig ras. De laatste rasechte Oregon Rex kat is naar verluidt gestorven in 1972.

Verschijning

De typische gekrulde vacht was zijdeachtig, kort en strak, en kenmerkte geen of slechts relatief korte dekvacht. De Kemp was korter dan de Duitse Rex of Cornish Rex en werd volledig ontwikkeld. Het hoofd is wigvormig met een lange brug. De oren zijn groot met vloeiend afgeronde hoeken en werden hoog op het hoofd geplaats. De ogen waren middelgroot met een ovale vorm. Het lichaam was een lange en kleine gestalte, de staart was lang, slank en puntig. De benen waren lang, slank en slank, met kleine, ronde poten.

Karakter

De Oregon Rex combineerde de karaktertrekken van alle Rex rassen. Ze waren aanhankelijk en behoeftig, grappig en speels, soms een beetje turbulent, en een beetje arrogant. De Rex werd ook gemeld dat zij een dominant karakter en dus enigszins gecompliceerd te behandelen zijn.

Genetica

De oorsprong van het Oregon Rex ras is een gevolg van een mutatie. Mutaties van het gen dat verantwoordelijk is voor de typische krullend haar of die genen die betrokken zijn bij dat proces lijkt heel gewoon. In aanvulling op de andere Rex rassen zijn er diverse andere varianten, de nu uitgestorven Oregon Rex is slechts een van hen. Kruising van katten met typische Oregon Rex eigenschappen (genetische beschrijving: roro) en Cornish Rex (rr) en later met Devon Rex (rere) resulteerde in nakomelingen met normale, niet-krullende vacht. Onderzoek ondersteund dat de Oregon Rex mutatie een recessief allel (ro) van een eigen-gen met de dominant wild type allel (Ro) is en dus inderdaad genetisch verschilt van andere Rex rassen.

Oosters langhaar

De Oosters Langhaar was voorheen beter bekend als de Britse Angora alvorens te worden omgedoopt in 2002 door de Britse kattenliefhebbers om verwarring met de Turkse Angora te voorkomen. De Oosters Langhaar is analoog aan de CFA Balinees en Javaan, en aan de TICA Oosters Langhaar rassen in de Verenigde Staten. In andere delen van de wereld wordt deze kat ook wel aangeduid als Mandarijn.

Beschrijving

Oosterse langharen hebben een lang lichaam wat doet denken aan Siamees. Het ras heeft een een langere vacht dan de kortharige Siamezen. Het scala van mogelijke vachtkleuren omvat alles van zelf-gekleurd (zwart, blauw, chocolade, lila, kaneel, karamel, fawn, rood, crème en abrikoos), schildpad, rook (zilver ondervacht), schaduw of tip, tabby of wit. Alle Oosterse langharen hebben groene ogen, met uitzondering van de witte katten. De witte katten hebben groene of blauwe ogen, of zijn odd-eyed (twee verschillend gekleurde ogen).
Als er een Oosters Langhaar wordt gefokt uit een kruising met een Oosters Korthaar of een Siamees dan zijn de kittens allemaal kortharig. Echter, als er met deze kittens opnieuwwordt gefokt dan zal ongeveer de helft van hun kittens hebben een lange vacht hebben.

Karakter

De Oosters Langhaar is een erg actieve kat die graag veel speelt. Dit ras kan goed springen en manouvreert zich lenig en behendig langs alle obstakels. De oosterse langharen zijn zeer intelligent en zijn ideale metgezellen voor mensen. De Oosters langhaar zal zijn metgezel overal volgen. Het zijn loyale dieren en ze kunnen goed opschieten met andere katten, vooral van hetzelfde ras.